navigatie overslaan

Heel Nederland maakte eeuwenlang dankbaar gebruik van stenen uit deze regio. Ze belandden overal op dijken en straten. Geen wonder dat de grootste stad van de streek luistert naar de naam Steenwijk. De omgeving lag bezaaid met stenen. Steenwijk deelde daarom ‘steenboetes’ uit aan bewoners die de wet overtraden. Messentrekkers moesten bijvoorbeeld zesduizend stenen rapen en het afsnijden van iemands vinger was goed voor het oppakken van zevenduizend veldkeien. Wanneer de nederzetting en de naam Steenwijk ontstond, is niet helemaal duidelijk. Al in de 11e eeuw komt Steenwijk voor in de geschriften.

Het verhaal achter Steenwijk Vestingstad

Dat de omgeving van Steenwijk bezaaid lag met stenen, heeft alles te maken met de voorlaatste ijstijd. Zeker honderdduizend jaar terug was het gebied tussen de Noordpool en deze regio één grote ijsvlakte. Een tientallen meters dik pak duwde veel stenen en gruis uit Zweden en Polen deze kant op. Dat zorgde onder meer voor de stuwwallen bij Steenwijk, die tientallen meters boven het landschap uitstaken, en het hoge land rond Vollenhove. Daar tussenin lag het lage land. Het afwisselende landschap in de regio herinnert nog steeds aan de ijstijd. Al zorgden erosie en bodemafzetting in de loop van de eeuwen voor veel minder grote hoogteverschillen.